festivalinfo review: hunter complex

hunter complex - hunter complex outside frontJe kunt Lars Meijer niet verwijten dat hij stilzit, of te weinig onderneemt. Als Larz maakte hij al twee lo-fi platen en daarna dook hij de elektronica in met Psychon en Living Ornaments. Zijn jongste project Hunter Complex staat vol met synthpop liedjes, geïnspireerd door namen als jj en M83. Na de gratis EP met remixes van het nummer Here Is the Night is er nu het eerste volledige album: Hunter Complex.

Meijer zit nog steeds vuistdiep in de elektronica. De plaat staat vol bliepjes, drumcomputers en aanverwanten. Al snel wordt het duidelijk dat de muzikant op deze plaat veel meer richting de popmuziek gaat. De liedjes zijn aanstekelijk en niet te ingewikkeld. Dankzij slim gebruik van onder meer toetsen en een scala aan andere instrumenten heeft Meijer het voor elkaar gekregen een plaat te maken die, ondanks de toegankelijkheid, ook in alternatieve kringen best opgezet kan worden.

Hunter Complex wordt nooit te cheesy of fout. Slechts een paar keer gaat het muzikaal niet helemaal goed, zoals op Moonset. Dat klinkt alsof Meijer het met een gratis te downloaden programma even snel in elkaar geflanst heeft. Gelukkig staan daar nummers als Here is the Night, Exit en Fashion Street tegenover. Afsluiter Mean Street vist echter weer compleet achter het net.

Het manco van Hunter Complex zit hem in de zang en consistentie. Sterke en zwakke nummers wisselen zich gedurende het album netjes om beurten af, maar de zang is over de gehele lijn niet echt om over naar huis te schrijven. Dus toch wel enige vorm van consistentie, maar niet die waar je op zit te wachten. De veelal lage, slecht verstaanbare zang voegt bijzonder weinig toe, maar is toch ook weer broodnodig. De muziek zelf is namelijk niet spannend genoeg. Als Meijer zich nog een beetje in het genre verdiept en Hunter Complex een tweede kans geeft, kan daar best iets moois uit opbloeien.

3 / 5

Harm Groustra

original article

written in music review: hunter complex

hunter complex - hunter complex outside front3,5 / 5

Na een tweetal lo-fi popplaten en de nodige experimentele elektronische muziek met Psychon en Living Ornaments vond Lars Meijer, artiestennaam Hunter Complex, het de hoogste tijd voor een album met elektronische popliedjes.

Aan het einde van 2009 verscheen als voorproefje van dit album al de gratis te downloaden ep Here Is the Night. De ep verscheen bij het Nederlandse label Narrominded, dat sinds 2000 al flink van zich heeft doen spreken met eigenzinnige rock, elektronische en elektro-akoestische muziek. Een hoogtepunt in de discografie van Narrominded was in 2009 de remake van Brian Eno’s Another Green World, waarop een groot aantal Nederlandse elektro-acts – waaronder Hunter Complex – schitterden.

Het album van Hunter Complex laat vrij milde, wat onderkoelde, elektropop horen die duidelijk maakt dat Lars Meijer zich omringd heeft door een lekkere batterij effecten en (analoge) synths.  Hij kan bovendien een uitgebalanceerd en verzorgd elektropopgeluid produceren, waarvoor petje af. Meijer laat zich inspireren door onder meer Depeche Mode en A-ha. Dat geeft al aan dat de muziek van Hunter Complex niet bedoeld is om te confronteren. Het zijn daarom ook in eerste instantie namen als OMD en – meer recent – Erlend Øye die te binnen schieten bij het beluisteren van dit album.

Hunter Complex schotelt geen instanthits voor; veel nummers zijn niet bijzonder melodieus en leunen daarbij ook niet op harde beats of dikke effecten. Voeg daarbij de onderkoelde, wat afstandelijke zang van Meijer, en duidelijk wordt dat dit geen plaat is die je er op eighties-feestjes even makkelijk inknalt, al doen sommige recensenten anders geloven.

Here Is the Night, dat dus al in 2009 verkrijgbaar was, is een van de betere nummers op dit album van Hunter Complex. Een ideeënrijk nummer, prima geproduceerd. Cross kent een mooie sfeervolle opening en dito einde met daartussen prettige uptempo elektropop. In Dance en Kerosine stoeit Hunter Complex wat met ritmes, beats en tempi met behoud van een smaakvolle pop appeal.

Moonset biedt halverwege het album een versnelling die zeker welkom is. Zwaar aangezette akkoorden geven de muziek wat meer body, al suggereert Meijer hier meer dan hij daadwerkelijk aflevert. Dit lijkt het geval bij meerdere nummers: subtiliteit en een zekere distantie staan een instanteffect in de weg. Het is de fraaie productie die de plaat interessant maakt, en de subtiele inkleuring van de nummers, zoals de stemvervormer in Black en de old school hiphop beat van Fashion Street. In het afsluitende Mean Street somt Hunter Complex alles nog even op en krijgen we nog even een kleine staalkaart van alle ingrediënten. Het levert een zwoel en lichtvoetig elektropopnummer op met een stemmige ondertoon. Een typering die je op de meeste nummers van dit smaakvolle album kunt loslaten.

Edwin Hofman

original article

gonzo circus review: hunter complex

hunter complex - hunter complex outside frontWat zegt het dat vrijwel altijd als muziek uit de jaren 1980 opgehemeld wordt, het woord ‘nostalgie’ valt? Het is dan ook weer raak in vrijwel alle recensies van deze debuutplaat van Hunter Complex, het nieuwste project van Lars Meijer, die samen met Coen Oscar Polack het label Narrominded runt en verder bekend is van Larz, Psychon en Living Ornaments. Hunter Complex verwijst nadrukkelijk naar de jaren 1980, naar Depeche Mode, Kraftwerk, The Human League, Miami Vice, haarlak, enfin, het hele plaatje. Het concept is tot in de puntjes uitgewerkt en Meijer bouwt met zijn analoge synthesizers absoluut heel mooie, complexe structuren, maar uiteindelijk drijft dit project toch op weinig meer dan nostalgie. Dat is ontegenzeglijk een grote en dankbare markt, maar of het nu echt telt als legitieme artistieke drijfveer, daar kan over getwijfeld worden. Wie zijn jeugd wil herbeleven zit hier goed, wie liever naar de toekomst kijkt kan dit overslaan en te rade gaan bij een van de vele andere, uitstekende Narrominded-releases.

bw

livexs review: hunter complex

hunter complex - hunter complex outside frontOnlangs las ik ergens dat de eighties revival in 1990 was begonnen en sindsdien niet meer is gestopt. Ook bij het beluisteren van deze plaat waan je je weer helemaal in de jaren tachtig. ‘Miami Vice!’ is je eerste reactie bij het horen van openingstrack Wait. Daarna volgen nog 11 tracks die allemaal wel een link hebben met (elektronische) muziek uit de jaren tachtig.

Denk aan decadente disco van het kaliber Giorgio Moroder of Bobby Orlando. Denk aan synthpop in de lijn van The Human Leaque en Ultravox. Denk ook aan new-wave van Gary Newman en Depeche Mode. Bij wat tragere nummers als Dance, Exit en Fashion Street kakt de boel een beetje in, maar over de hele linie genomen is dit een prima plaat om onopgemerkt te draaien op een ‘We Love The Eighties-feestje’.

Willem Roose

kwadratuur review: hunter complex

hunter complex - hunter complex outside frontWie een karakterschets wil maken van platen van het Nederlandse undergroundlabel Narrominded, komt automatisch uit bij termen als elektronische fijnproeverij, hiphopritmen en jaren ’90 IDM. Dat deze elementen garant kunnen staan voor zeer straf, progressief materiaal hoeft geen vertoog. Hunter Complex, één van de projecten van labelstichter Lars Meijer, knalt daar nog een gezonde hap wave en elektro bij. Dit titelloze debuut, dat luchtige laptopstructuren van een meer ernstige ondertoon voorziet, grijpt terug naar nog een ouder technologietijdperk, namelijk naar de mechanische muziek van de zwartgallige 80’s. De fijngevoeligheid blijft echter behouden.

Zoals zijn naam doet vermoeden, kiest Hunter Complex niet altijd voor de meest eenvoudige oplossingen. Dit album bevat immers veel knipogen naar elektropopbands als Depeche Mode of OMD, maar verschuilt zijn melodieuze, vocale synthesizermuziek achter een onrustig geheel van droge, mechanische ritmen. Zo ontstaan elektrotracks die voortdurend uit balans lijken te liggen. Nu eens vagen voorop liggende, ratelende ritmen de fijngevoelige techniek weg, dan weer duiken luidruchtige space-synthesizers op die met een wall of sound alles overstemmen. Toch wordt het feitelijke popkarakter van de plaat nooit helemaal verdreven, hoewel Hunter Complex er wel moeite voor lijkt te doen. Komt het door die onvervormde, vrij oppervlakkige en teruggetrokken (onverstaanbare) zang die deze muziek wat bevreemd of houdt Meijer er gewoon niet van om helemaal in het rijtje te lopen? In elk geval maakt deze werkwijze het wel mogelijk Fashion Street te voorzien van een extra psychedelische, zwevende klankdeken en diepe dubbassen en krijgt het daaropvolgende, kale elektronicanummer Moonset een enorme duw in de rug met een geluidsmuur van gestoorde samples en harde slagritmen. Het duurt dan ook een tijdje vooraleer dit album echt helemaal doorsijpelt. Wie echter beseft dat dit veel meer is dan een ongebalanceerd geheel en zich laat onderdompelen in deze intrigerende muziek, realiseert zich meteen dat dit de manier is waarop de jaren ’80 in 2010 dienen te klinken!

Hoewel Lars Meijer er zelf mee afkomt, is een term als ‘popliedjes’ hier toch niet helemaal op zijn plaats. Wat eenvoudig lijkt, gaat om een ingenieuze elektronicapuzzel. Zeker weten dat er ettelijke uurtjes laptop- en slaapkamergeneuzel zijn geslopen in deze licht gestoorde synthwave-songs!

3,5 / 5

Johan Giglot

original article

oor review: hunter complex

hunter complex - hunter complex outside frontWie had dat ooit gedacht. Lars Meijer – samen met Coen Oscar Polack labelbaas van Narrominded – keert met Hunter Complex terug naar zijn wortels als liedjesschrijver. Al blijft hij de elektronica, waarmee hij experimenteerde in Psychon (Troopers) en Living Ornaments, trouw. Gouden combinatie, zo blijkt op dit debuut. Meijer klinkt als de bastaardneef van Keulenaar Popnoname. Net zo poppy en op momenten net zo slick, maar behept met een bovenmatige fascinatie voor het verleden.
De jaren tachtig om precies te zijn: Cabaret Voltaire, OMD, Gary Numan, New Order, maar ook obscure Italodisco en vroege house klinken door. Retro? Ja, maar niet te. Hunter Complex is te eigenzinnig voor het predikaat pastiche. Daarvoor hinkt Meijer teveel op twee gedachten. Aan de ene kant is er die romantische nostalgie die zo typerend is voor het geluid van analoge synthesizers, aan de andere kant is de productie lekker vol, kreunt Meijer wat af en lonkt hij opzichtig naar Europese disco. In afsluiter Mean Street komen die drie elementen samen. Resultaat? Prachtige, bijna dubby synthpopdisco die niet had misstaan op de albums van Meat Beat Manifesto of Renegade Soundwave, begin jaren negentig. Wie wil weten hoe de toekomst ooit klonk, vindt bij Hunter Complex troost.

Theo Ploeg

original article

outlands: interview with lars meijer aka hunter complex/narrominded

pics: ethisch reveil, havenkwartier, deventer - january 22 20101. Hello. Can you, please, tell something shortly about yourself, for example: what are your current plans, what are your influences for the music of Hunter Complex (your new music project), what does retro-futurism mean to you?
Lars Meijer: I started to record my debut album as Hunter Complex two years ago. I always had the idea to record an album again on my own. In the late nineties I released two records under the name Larz. Those were really lo-fi, recorded on 4-track, with a piano as the main instrument. But after those albums I wanted to do more than record on a 4-track. I started experimenting with loop based songs on mini-disc, but that didn’t work out really. Around that time, we are talking about 2000, I started improvising with two friends of mine, Jantijn Prins and Coen Oscar Polack, and we also used a computer to make beats and stuff. I moved away from recording solo material, but a couple of years ago I started to have that urge again. Coen encouraged me to repair an old synth I had laying around, and I also bought Yamaha DX7, a synth from the eighties which has a sound that I have always loved. Then the songs came back and this new album emerged. I’m currently working on some new songs, one of which is going to be released on Enfant Terrible, a great Dutch label that focuses on retro-futurism and eighties re-issues. The term retro-futurism is new for me. The sound of the eighties I never saw as a dated thing. I grew up with it, that stuff is in my blood. So it’s not looking back, it’s going back to where I’m coming from, and from there I will see where this is going.

2. Do you plan to continue with your other music projects, Psychon and Living Ornaments? The album Korrels by Living Ornaments from the previous year is fantastic!
LM: Thanks for the compliment! Korrels took a long time to make, especially because Coen Oscar Polack and I were focusing more on making music as solo musicians. He is really gotten into field recordings and drone stuff, and I’m into making songs again, and singing, so we are on a bit of different tracks right now. But we still have some music laying around that’s great, but we have no plans yet to get back together again and start working on that. With Psychon we are about to record an EP. We bought sixty records of 1 euro per lp, and those lp’s are going to be the basis of the EP. With Psychon we work really slow, record every 4 months or so. So that will take a couple of years to see the light of day.

3. What are the new plans for Narrominded?
LM: We are trying to keep up the release schedule we started with in 2009. We have a great record coming up by Puin + Hoop, three guys who use whatever they can find to make these intense drones and soundscapes. Really beautiful. Also coming up is a record by Gijs Borstlap en Kruno Jost, electro-acoustic manipulated noise. And a new record by Fine China Superbone, a really tight noise outfit from The Hague, will finally come out this spring. And there’s lots more music coming.

4. What music do you listen and like, from the most recent and new releases?
LM: I’m currently into the last record by JJ, JJ No. 3, a great esoteric pop group from Gothenburg, who are on the same label as The Tough Alliance, who made the best record of the previous century. Also I’m listening to the latest Robert Pollard a lot. You know, the guy from Guided By Voices. That record is called We All Got Out Of The Army and is his best solo album to date. Too bad he doesn’t get the attention he got while he was still with GBV, because this guy is still evolving as a songwriter. And I’ve been playing some old Wang Chung and Thompson Twins records. That shit is timeless.

Boban Ristevski

original article

file under review: hunter complex

hunter complex - hunter complex outside frontWe hadden afgelopen zaterdagavond een jaren ’80-feestje van mijn werk. Hierbij mocht je ook verkleed komen als je wilde. Mevrouw Storm trok wat zwarts aan en toupeerde d’r haar en ik trok de strakste broek aan die ik nog had met een vaal hardrock shirtje. Er is niet zo heel veranderd aan ons door de jaren heen. Nu ja, we hebben wat meer vierkante meters stof nodig, dat wel. Voor in de auto op weg naar en van het feestje had ik eerst wat jaren tachtig cd’s mee willen nemen, maar besloot uiteindelijk toch wat nieuws, namelijk Hunter Complex, op te zetten. Dat had namelijk ook zo uit de jaren tachtig kunnen komen. De synthpop van dit nieuwe project van Lars Meijer is zo retro, dat ik ’em er bijna van zou gaan verdenken dat Meijer dit al dik twintig jaar op de plank heeft laten liggen voordat hij er mee op de proppen durfde te komen. Als je een paar van deze tracks verstopt had tussen de krakers op een van de New Wave Club ClassX-verzamelaars en niemand zou ’em als verdacht brandmerken. Hunter Complex is door het vernuftig schuiven met lagen tegelijkertijd ijzingwekkend koel als melancholisch ontroerend. Dat eerste komt vooral door de lijzige stem van Meijer, het is er een die mensen best af zou kunnen stoten, maar ik houd wel van dat onderkoelde. Het melancholische zit ’em in geweldige ouderwets klinkende synths die Meijer van stal gehaald heeft. Je krijgt visioenen van OMD, New Order en Kraftwerk en dwaalt zo af op de grotendeels rustig voortkabbelende tracks richting traag dansende zwartgekleden op de dansvloer. Die op het up-tempo Moonset uiteindelijk compleet uit hun dak zullen gaan. Voor mijn jaren tachtig feestje was Hunter Complex natuurlijk veel te obscuur en nicherig, maar om te ontgiften van de Bon Jovi’s en andere narigheid uit de jaren tachtig die ik die avond voorgeschoteld kreeg was het perfect. En om ‘zo’ te luisteren overigens ook.

Storm

original article